Uitwedstrijden kunnen soms de status hebben van een beproeving. Dat heeft te maken met de erbarmelijke faciliteiten van het uitvak, maar ook met de aantallen kilometers die moeten worden afgelegd. Veendam uit was een beproeving, maar dan een waarvoor je beloond werd, ongeacht de uitslag.
Ten eerste omdat je status als trouwe supporter werd bevestigd, anders ga je niet bijna vijfhonderd kilometer snelweg bekijken. Ten tweede omdat men in Veendam blij was dat je kwam. De Langeleegte deed qua thuispubliek zijn naam geen eer aan, het ruime uitvak daarentegen was vaak leeg. Voor de meeste supporters was de gemeente in Groningen zoiets als het Noorderlicht zien, hartstikke mooi maar net iets te ver. Dat is ook de reden waarom stewards ons hartelijk welkom heetten wanneer we de parkeerplaats opreden. Er werd geknuffeld en de meest recente elftalfoto overhandigd aan de Veendam-vrijwilliger die ze spaarde.
Nadat de kaartjes waren gecontroleerd, de wc werd gevisiteerd en het uitvak werd geïnspecteerd, was het tijd voor vette hap. Broodjes hamburger smaakten altijd het lekkerst wanneer je vier uur in een bus hebt gezeten. Dat je de plastic bakjes met overgebleven saus in de prullenbak moest gooien leerde je doordat een supporter over zijn eigen mayonaise uitgleed en lag te spartelen tussen de kuipstoeltjes. Wijze les voor alle mensen die moeite hebben met het concept afvalbakken: maak er gewoon gebruik van.
Zelf voetballen
Van de wedstrijden herinner ik me dat we die daar zelden wonnen en Angelo Cijntje onze grote plaaggeest was. Het ging in Veendam vooral om het voetbal in de rust. De pauze was het hoogtepunt van de wedstrijd, omdat we dan zelf mochten spelen. Het veldje achter het uitvak werd gebruikt om samen met de stewards en supporters een balletje te trappen. Bij geen enkele andere club was zoiets denkbaar, bij Veendam-uit was het inmiddels traditie. Mooie bijvangst was dat je tegen mensen kon zeggen dat je ooit op de Lange Leegte hebt gespeeld.
In februari 2012 reisden we voor het laatst naar het hoge Noorden, op de radio werd melding gemaakt dat prins Friso bedolven was geraakt door een lawine. Achteraf was dit nieuws een voorbode van de tragiek die zou volgen. Zowel de voetbalclub als de prins hebben het niet gered. Elke club die ooit is omgevallen mag wat mij betreft de plek innemen die de beloftenteams nu bezet houden. Laten we beginnen met Veendam.