In Staantribune #30 haalt Menno Pot herinneringen op aan het Olympisch Stadion, de betonkolos van Amsterdam-Zuid, die in februari 1991 prachtig werd vereeuwigd door fotograaf Matthijs Immink.
Het was 3 maart 1994. Ajax speelde in de Europa Cup II thuis tegen Parma. Ik was negentien, zat op zwart zaad en besloot geen kaartje te kopen, maar in plaats daarvan de befaamde ‘gliproute’ te nemen.
Gliproute van het Olympisch Stadion
Je liep om naar de zuidzijde bij het IJsbaanpad, daar waar het terrein niet werd begrensd door een hek maar door de stadiongracht, waarin een schutsluis zat (en nog steeds zit). De smalle, metalen ‘evenwichtsbalk’ over het water was een populaire brug naar gratis voetbal. Aan de overkant hoefde je dan alleen nog om te lopen naar het grote staanvak en daar langs de kaartjescontroleur te glippen. Dat laatste was niet zo moeilijk. Die arme mannen moesten een tsunami van ongeduldige supporters het hoofd bieden en raakten het overzicht vaak volledig kwijt.
U voelt ‘m al aankomen. Ik gleed uit op de sluis. Niet halverwege (dan zou ik in de diepe vaargeul zijn geplonsd), maar toen de oversteek bijna voltooid was en ik van de sluis op de kade wilde stappen. Ik greep de kademuur vast, maar verdween toch bijna tot mijn middel in de plomp.
Kletsnat
Er was geen weg meer terug. Rillend glipte ik de tribune op. Daar stond ik in mijn kletsnatte spijkerbroek, onoverdekt in de maartse wind. Volgens een weersite daalde de temperatuur in Amsterdam die avond van 3,5 graden naar 0,2 graden. Volgens mij was het eerder min twintig. De wedstrijd eindigde in 0-0.
In dát Olympisch Stadion, de aftandse betonkolos van de vroege jaren negentig, was ik in een klap terug toen ik de foto’s van Matthijs Immink te zien kreeg die dit verhaal illustreren.
Ze dateren van februari 1991. Nooit gepubliceerd. Matthijs plaatste er twee onder een Facebookbericht van mij. Ik vond ze prachtig: rauw, zwart-wit, een beetje Anton Corbijn-achtig. We besloten dat die serie gepubliceerd moest worden. Staantribune vond dat ook.