Schakelprogramma’s. Ik hou ervan. Op interlandavonden hop je iedere minuut naar een andere bestemming. Van Londen naar Praag en van Oslo naar Bern. Doelpunt in Parijs! Strafschop in Wenen! Ik krijg er geen genoeg van. Zeker als een obscure bestemming in beeld komt, vult mijn hart zich met verlangen. Dan denk ik: wat zou ik nu graag in Chisinau, Belgrado of Tórshavn zijn. Wat zou ik graag een rondje weg-van-de-snelweg interlands doen.
Afijn, in de zomer besloot ik de begeerde reis niet langer alleen in dromenland te laten voortbestaan. Ik pakte de kalender en stippelde een route uit. Montenegro-Nederland in Podgorica vormde een mooie start. Een dag later naar Skopje voor Noord-Macedonië tegen IJsland. Om vervolgens te eindigen in Zenica, waar Bosnië-Herzegovina tegen Oekraïne ging spelen. De route voerde onder meer door Albanië en Kosovo, zodat ik links en rechts nog wat stadions kon vincken.
Overmoedig plan
Het iets wat overmoedige plan bevatte nogal wat uitdagingen. Zo bleek Bosnië-Herzegovina Kosovo niet te erkennen, zodat het onmogelijk bleek het hele traject met dezelfde huurauto af te leggen. In Podgorica moest ik van vervoermiddel wisselen, of eigenlijk van nummerbord, om in Pristina niet van de weg af te worden gereden. Lastig was het reizen in Coronatijd. In ieder van de vijf bezochte landen golden aparte regels. Tegelijk bleek het geprinte bewijs van mijn dubbele vaccinatie bij alle grensposten een effectieve loper te zijn.
Onverwachte complicatie bleek de bereikbaarheid van de Noord-Macedonische voetbalautoriteiten te zijn. Zelfs via het officiële bij de FIFA bekende telefoonnummer gaf de nationale bond niet thuis. Hoe moest ik nu binnenkomen bij de beslissende interland in Skopje? Op goed geluk schafte ik een ticket aan via een gedateerde website met onleesbare letters. Ik liep het risico dat ik bij de poort van het stadion zou worden uitgelachen. “U heeft een lot gekocht voor een tombola uit 2008. Misschien ligt er nog een slagroomtaart op u te wachten bij de plaatselijke bakker. Succes!”
Ondanks alle potentiële hobbels en risico’s, werkte ik het volledige programma uiteindelijk conform planning af. Los van de matige prestatie van Oranje, de euforische winst van Noord-Macedonië en mijn verbazing over de moderne infrastructuur in Albanië, vielen mij twee dingen in het bijzonder op.
Spanningen in het voormalige Joegoslavië
Ten eerste viel mij op dat in het voormalige Joegoslavië de onderhuidse spanningen nog in volle omvang aanwezig zijn. Overal waar ik was, speelde de historie een nadrukkelijke rol. Op sommige plaatsen domineerde de herinnering aan het verleden zelfs het straatbeeld. In Sarajevo zag ik zoveel begraafplaatsen die in de jaren negentig bleken te zijn aangelegd, dat de stad in feite een levend monument is.
Ook in het voetbal bleken de tegenstellingen nog immer door te klinken. Het land dat door de buitenwacht Bosnië-Herzegovina genoemd wordt, bestaat feitelijk uit de Republiek Srpska en uit Bosnië-Herzegovina. Deze twee entiteiten bezitten een gezamenlijke competitie op het hoogste niveau, maar hebben daaronder beide hun eigen eerste divisie.
Complex is ook de positie van Kosovo, dat slechts gedeeltelijk wordt erkend. Op grond van resolutie 1244 van de Verenigde Naties is Kosovo onder voorwaarden onafhankelijk. De vlag verwijst naar de zes etnische groepen die de jonge natie bevolken en het volkslied is tekstloos. Al deze omstandigheden maakten de reis even interessant als ingewikkeld.
Nederland op een voetstuk
Ten tweede viel mij tijdens de gehele trip op, dat het Nederlandse voetbal internationaal nog immer op een voetstuk staat. Op de meest vreemde plaatsen werd ik aangeschoten over vaderlandse clubs of voetballers. In Mostar wilde een bewaker mij een stadion uitgooien, totdat ik hem vertelde dat ik uit Nederland kwam. Hij had zich verbaasd over het gelijke spel van Ajax tegen Heracles, welke wedstrijd hij integraal had bekeken. Dat zijn club (Zrinjski Mostar) in 2019 FC Utrecht had uitgeschakeld in de Europacup, vormde een absoluut hoogtepunt in de clubgeschiedenis.
Een grenswacht tussen Montenegro en Albanië controleerde mijn paspoort en mijn COVID-papieren, waarna hij over zijn favoriete Nederlandse voetballers begon. Met stip op één stonden Dennis Bergkamp en Andy van der Meijde. Die eerste begreep ik nog wel, die ander iets minder. Ik wilde geen gedoe aan de grens, dus ik prees zijn voetbalkennis. Toen ik een paar dagen later diezelfde grens vanaf de andere kant passeerde, weigerde de beambte mijn paspoort terug te geven.
Voortrekken
Ik vermoedde een misverstand en zag mezelf in een duistere isoleercel belanden. In een split second zag ik hoe in Nederland acties zouden worden ondernomen om de gevangen gezette groundhopper uit Nederland weer vrij te krijgen. De gedachte alleen al ontnam mij de adem. Niets bleek echter minder waar. De douanier had zich nogal gestoord aan de arbitrage bij Montenegro-Nederland. “De grote landen worden altijd voorgetrokken. Vind je ook niet?”
De grote besnorde grenswacht keek mij indringend aan en wilde niets minder dan een bevestiging van zijn mening. Die kreeg hij. “Een schande”, stamelde ik slaafs. “Montenegro verdiende te winnen. Die scheidsrechter leek wel omgekocht.” De douanier knikte tevreden, waarna ik mijn stukken terug kreeg. Ik wist vervolgens niet hoe snel ik er vandoor moest gaan.
De zesdaagse tour was een groot succes. Ik adviseer iedere groundhopper om op basis van het volgende schakelprogramma zijn eigen rondreis te componeren. Dromen is leuk, maar doen is nog beter.
Hans Douw is de Groundhopper des Vaderlands en schrijver van de nu al bestseller Voetballiefde zonder Grenzen, verkrijgbaar in de Staantribune Webshop.