Vandaag is niet alleen de verjaardag van onze koning, maar ook van de man die het Britse voetbal zijn gezicht gaf: Archibald Leitch. Je kent deze legende misschien niet van naam, maar zijn nalatenschap wel, want Leitch werkte aan maar liefst 48 stadions. Ter gelegenheid van zijn 155ste verjaardag kijken we naar het werk van Archie. Tijdens zijn leven weinig erkend, maar inmiddels is hij een icoon voor de voetballiefhebber, zowel in Groot-Brittannië als ver daarbuiten.
Leitch werd in 1865 in Glasgow geboren en groeide op in een tijd van ongekende industriële groei. Glasgow deed dienst als ‘Second City of the Empire’ en leverde het Britse Rijk onder meer schepen en spoorwegen. De zware industrie en de grote scheepswerven langs de rivier de Clyde creëerden werkgelegenheid in de stad en trokken immigranten uit alle windstreken aan.
Glasgow
Protestantse Noord-Ieren, katholieke Ieren, Highlanders en later Italianen namen in groten getale hun intrek in de grauwe, dichtbevolkte stad. Velen vonden na het zware werk een uitlaatklep in het voetbal. Een sport die in clubverband begon op prestigieuze Engelse privéscholen, maar inmiddels gekaapt was door de working class. Voor sommigen vormde voetbal zelfs een manier om een collectieve identiteit uit te dragen. In het geval van de katholieke Ieren bij Celtic.
Deze mengeling van voetbal en industrie vormde Archibald Leitch in zijn werk. Hij was dan ook strikt genomen geen architect, maar industrieel ingenieur. In zijn beginperiode ontwierp hij thee-fabrieken in Ceylon, het huidige Sri-Lanka, en fabrieken in en rondom Glasgow. Pas nadat hij in 1899 succesvol een deel van een tribune voor het Schotse Kilmarnock had ontworpen, begon het echte werk: hij werd benaderd door Rangers, dat Ibrox wilde uitbreiden om zo het Celtic Park van de (toen al) gehate buurman Celtic en het Hampden Park van Queens Park FC af te troeven. Leitch, van jongs af aan Rangers-fan, leverde een ambitieus plan in voor een stadion met een capaciteit van 140.000 man.
Ibrox-ramp 1902
Omdat daar geen budget voor was, hield men het uiteindelijk ‘slechts’ op 80.000. Het is goed mogelijk dat met de voltooiing van het nieuwe Ibrox van ‘zijn’ Rangers voor Leitch een droom in vervulling ging. Niet veel later zou hij die droom echter letterlijk in duigen zien vallen. In 1902 nam Schotland het op tegen de Auld Enemy Engeland op Ibrox, voor een eerste interland in het nieuwe stadion. 70.000 toeschouwers, waaronder Archibald Leitch, trokken vol verwachting naar het stadion. Maar wat een voetbalfeest moest worden, werd een drama.
Al voor aanvang barstte een balk op een van de bovenste tribunes en niet veel later zakte de volledige West Stand, die nog nooit zoveel toeschouwers had gedragen, in elkaar. Honderden supporters vielen, tegelijk met de tribune, van zo’n 12 meter hoog op elkaar te pletter. Er overleden 25 mensen en meer dan 500 toeschouwers raakten gewond.
Uit angst voor rellen bij afgelasting werd de wedstrijd te midden van de ramp gewoon doorgespeeld. Die eindigde in een kleurloze 1-1. In het strafrechtelijk onderzoek dat volgde, werd niet Leitch, maar houthandelaar Alexander McDougall als schuldige aangewezen. Hij zou het verkeerde, goedkopere hout hebben geleverd. McDougall werd later vrijgesproken.
Veiligheid
Leitch, niet schuldig bevonden maar wel zwaar aangedaan, besloot terug te gaan naar de tekentafel en het bij volgende stadions drastisch anders aan te pakken. Bij zijn nieuwe ontwerpen lag de nadruk op veiligheid. Hout werd vervangen door steviger staal, tribunes werden voorzien van hekken tussen de rijen. Zijwaartse ingangen zorgde voor verspreiding van het publiek. Bovendien werden de eerste rijen verlaagd om de zichtlijnen van de rest van de tribune te verbeteren. De eerste resultaten in 1905 waren Stamford Brigde van Chelsea en Craven Cottage van Fulham, waar de schitterende Johnny Haynes Stand en het Cottage Pavilion (foto onder) nog intact zijn.
Leitch was daarna werkzaam aan een ongekend aantal iconische stadions, waaronder Old Trafford, Anfield, Highbury, Hillsborough, Fratton Park, Villa Park en Tynecastle. Dit is slechts een kleine greep uit de 48 stadions die Archie ontwierp of waaraan hij meewerkte. Gekruiste spanten op de rand van de boven-tribune, zoals die nog zichtbaar zijn op Goodison Park en Ibrox (zie foto onder, tussen de onderste tribunehelft en de eerste ring), werden zijn handelsmerk. Hetzelfde Leitch-spantwerk is te zien buiten het Stadium of Light van Sunderland, waar delen van het oude Roker Park herinneren aan het afgebroken stadion (en aan betere tijden van de club, maar dat terzijde).
Favorieten
Tegenwoordig zijn stadions als Hillsborough en Craven Cottage favorieten onder liefhebbers van het Britse voetbal. Craven Cottage staat in Engeland zelfs officieel geregistreerd als een Grade II-listed building, oftewel een ‘gebouw van meer dan speciaal belang’. In de tijd van Leitch waren het echter vooral de betaalbaarheid en functionaliteit van zijn ontwerpen die hem veel opdrachtgevers bezorgden. Het ontwerpen van voetbalstadions stond laag in aanzien en werd in dezelfde categorie geschaard als het ontwerpen van fabrieken of andere industriële projecten.
Dat verklaart ook waarom Archibald Leitch bij zijn dood in 1939 vrijwel geheel onbekend was. Anno 2020 gaat ook het Britse voetbal met zijn tijd mee. White Hart Lane ging tegen de grond en werd vervangen door een voetbaltempel compleet met ingebouwde microbrouwerij, bakker en NFL-faciliteiten. Ook Everton zal binnenkort een Leitch-stadion verlaten voor een state-of-the-art stadion in de haven van Liverpool. Zo komt het voetbaltijdperk van ‘engineering Archie’ langzaam aan zijn einde. Rest ons niets anders dan zijn stadions die nog wél staan te bezoeken, als we de kans hebben. En gelukkig hebben we altijd de foto’s van Marco Magielse altijd nog.
Overige foto’s: Pro Shots/Action Images