Joris van de Wier startte zijn Road to Wembley in Whickham. De elfde stop voor zijn boek Van Whickham naar Wembley: St. Albans.

Zeven doelpunten in één wedstrijd maken, is weinig mensen gegeven. Afonso Alves deed het een keer tegen Heracles. Heerenveen won die wedstrijd met 9-0, een logische uitslag als je spits er zeven maakt. Wilfred ‘Billy’ Minter, spits van het Engelse St. Albans City, scoorde in 1922 zeven keer in een FA Cup-replay tegen Dulwich Hamlet. Het bijzondere daaraan was niet de zevenklapper, maar het feit dat het niet genoeg was. Dulwich Hamlet won namelijk met 8-7. Het is een van de verhalen die van de FA Cup zo’n bijzonder toernooi maken.

Het graf van Wilfred Minter

Vanwege Minter stond St. Albans City op mijn lijstje van clubs die ik graag dit jaar wil bezoeken. De club lootte echter een uitwedstrijd tegen Metropolitan Police, de politievereniging uit de hoofdstad. Het werd 0-0 en dat betekende net als in 1922 een replay tegen een Londense club. Ideaal voor mij, want daardoor kan ik de Saints meepakken en het graf van Minter bezoeken. Supporters van de club hebben namelijk geld ingezameld om een zerk op het graf van de in 1984 overleden spits te laten plaatsen.

De drijvende kracht achter de grafzerk is David Tavener, clubhistoricus van St. Albans City. Met hem heb ik dan ook afgesproken als ik ’s middags in St. Albans aankom. We gaan naar het graf van Minter. Onderweg vertelt Tavener over de aanvaller. “Billy is hier in St. Albans geboren, getogen en uiteindelijk gestorven. Hij maakte in 362 wedstrijden voor de Saints 356 doelpunten. Met hem in de spits pakten we vijf prijzen en hij was Engels amateurinternational.”

St. Albans City - Metropolitan Police

Profclubs

Tavener legt uit waarom Minter nooit de overstap naar de profs heeft gemaakt. “Billy was eigenlijk veel te goed voor ons en profclubs hebben zeker naar hem geïnformeerd. Alleen was het voor hem niet aantrekkelijk om de overstap naar de profs te maken. Officieel was St. Albans City een zuivere amateurclub, maar hij kreeg schoenengeld. Dat was geen vetpot, maar beter dan niets en voor hem een leuk zakcentje. Minter had namelijk een eigen zaak en die zou hij moeten opgeven als hij profspeler werd. Destijds was er een maximumloon voor voetballers en en dat was veel minder dan wat hij met z’n bedrijf verdiende.”

Het gesprek komt al snel op die legendarische wedstrijd tegen Dulwich Hamlet. “De eerste wedstrijd was hier in St. Albans. De houten hoofdtribune die we nu nog steeds hebben, was toen net gebouwd. Voor 5.215 toeschouwers werd het 1-1 en dat betekende een replay. Omdat clubs destijds nog geen lichtmasten hadden, werd de wedstrijd in Londen op woensdagmiddag gespeeld. Toch kwamen er nog 4.060 mensen kijken. Het zou een legendarische wedstrijd worden.”

Mede doordat allebei de teams hun eerste doelman misten, vlogen de doelpunten erin. Dulwich Hamlet had wel een reservekeeper, maar de Saints niet. Alf Fearn, de rechtsback van het tweede, werd daarom op doel gezet. Beide teams besloten vol op de aanval te spelen. De Herts Advertiser schreef de volgende dag over de wedstrijd: “Two hours continuous excitement fought out at a tremendous pace.”

Zevenklapper

Volgens de meeste krantenverslagen was St. Albans City de betere ploeg, maar had het de veel mindere doelman. Fearn stopte bijna geen bal. Tavener: “Minter bleef maar scoren, maar ze vlogen er net zo makkelijk in bij ons. Uiteindelijk stond het 6-6 en moesten beide teams verlengen. Het was eind november en ging al schemeren. Doelpunten bleven maar vallen. Uiteindelijk werd het 8-7 en vlogen de Saints eruit. Niet de nederlaag, maar de zevenklapper van Minter was de dag erop hét gesprek.”

Ik krijg een krantencartoon te zien waarop managers van allerlei clubs aan de deur van Wilfred Minter staan. De ene met een vijfhonderd pond, de tweede met een zak goud en de derde met een open cheque. Minter hapte echter niet toe en bleef bij de Saints. Hij bleef doelpunten maken en schakelde in 1924 zowat eigenhandig Brentford uit in de FA Cup. Het is tot op de dag van vandaag de enige profclub die door de Saints werd verslagen in het bekertoernooi.

In december 1984 stierf de aanvaller op 86-jarige leeftijd. Zijn vrouw was al overleden en omdat hij geen broers, zussen of kinderen had, was het een heel sobere begrafenis. Minter werd begraven zonder grafzerk. Toen Tavener dat ontdekte, wilde hij ervoor zorgen dat de Saints-legende een passend eerbetoon kreeg. Dat was lastiger dan hij had gedacht. “Het is een heel gedoe om zoiets te regelen wanneer er geen familieleden zijn. Je mag namelijk niet zomaar een grafzerk plaatsen. De ambtenaar bij de gemeente begreep ook niet waarom ik het zo graag wilde. Uiteindelijk lukte het om een ver familielid met een totaal andere achternaam te vinden en die gaf toestemming om de grafzerk te plaatsen.”

Daarna was het zaak om de 2.700 pond bij elkaar te krijgen om de steen te laten maken. Veel supporters doneerden wat geld en in 2017 was het zover en had Wilfred Minter na 33 jaar eindelijk een zerk op zijn graf. Het is bijzonder om bij het graf te staan waar behalve een foto van Minter en het logo van de club ook zijn naam en prestaties zijn gegraveerd. Tavener: “Ik kom hier om de paar maanden om het graf bij te houden. Hoeveel mensen hier komen kijken, weet ik niet. Ik zie wel dat iemand een roos heeft neergelegd. Die was er de vorige keer nog niet. Er zijn meer mensen die nog aan Billy denken, dat vind ik mooi om te zien.”

Meer over Joris’ Road to Wembley in zijn nieuwe boek Van Whickham naar Wembley, tot en met Tweede Kerstdag zonder verzendkosten te bestellen! Verschijnt woensdag 21 december, dus ruim op tijd vóór kerst.