Slechts weinig voetballers bereiken een mythische status. Om te beginnen dienen zij de sport op hoog niveau te hebben beoefend. Daarnaast draagt een bijzondere persoonlijkheid bij aan toetreding tot de ultieme Hall of Fame. Als mensen het koesteren je ooit live op het veld te hebben gezien, dan behoor je tot de buitencategorie. Voetballers die ook nog eens de hoofdrol hebben gespeeld op momenten die nooit uit het geheugen verdwijnen, staan aan de top van de voedselketen. Vandaag in 1995 waren wij live getuige van zo’n onvergetelijk moment. De hoofdrolspeler: Marco van Basten.
De zomervakantie naderde haar einde, toen ruimte ontstond voor een korte trip naar het buitenland. In San Siro bleek die week de strijd om de Trofeo Luigi Berlusconi te worden gespeeld. Het jaarlijkse duel ter ere van de vader van president Silvio zou worden uitgevochten tussen AC Milan en Juventus. Na een nachtelijke autotrip en een dag in de zon van Lombardije begon het plein voor San Siro snel vol te lopen.
Gerucht
Het gerucht had zich verspreid dat de dertigjarige Marco van Basten deze avond afscheid zou nemen van het Milanese publiek. Die ochtend pas besloot de spits zijn beslissing openbaar te maken. De tweevoudige wereldvoetballer van het jaar was al jaren aan het kwakkelen met een enkelblessure en zou nu een punt zetten achter zijn indrukwekkende maar korte voetballoopbaan. Daar moest iedereen bij zijn.
Er was geen voorverkoop voor deze wedstrijd geweest. Een flinke menigte verdrong zich voor de kassa’s. Schreeuwend en met geld zwaaiend probeerden supporters zo snel mogelijk een kaartje te bemachtigen. Wij lieten ons optillen door de dringende rij en belandden zo vanzelf na een halfuur voor het minuscule loketje. Op naar het heilige Stadio Giuseppe Meazza, de voetbaltempel die genoemd was naar de speler die ooit zowel voor AC als voor Inter uitkwam. Ondanks het feit dat het stadion deze naam al sinds 1979 officieel draagt, spreekt men in de volksmond nog altijd over San Siro, naar de omliggende wijk.
Van Basten
Het stadion vulde zich langzaam met 63.000 toeschouwers, die hun vakantie hadden onderbroken voor een bijzondere avond. En toen kwam het moment. Vlak voor de wedstrijd betrad Marco van Basten het veld. Bruin jasje, roze overhemd, spijkerbroek. Wij stonden achter het doel en begonnen te klappen. Naast ons barstten volwassen mannen in huilen uit. Familieleden hielden elkaar vast en zochten troost bij elkaar. Ik vocht tegen mijn tranen en zag in een flits allerlei beelden voorbijtrekken. De ‘8-2’ passeerde met lichtsnelheid, evenals het EK van 1988.
Van Basten leek beneden op het veld intussen onaangedaan, maar niets was minder waar. Scheidsrechter Collina kreeg een high five. Trainer Fabio Capello barstte in huilen uit in de dug-out. Voor ons wapperde een gezette fan met een flinke snor met een grote witte vlag met de tekst Grazie Marco per sempre rossoneri. Even snel als dat hij was gekomen, was Marco van Basten ook weer weg. Nog geen twee minuten had de ereronde geduurd, maar het was een monument met eeuwigheidswaarde.
De Trofeo Luigi Berlusconi ging deze avond na een bloedeloze 0-0 en penalty’s naar Juventus, maar dat boeide niemand. Het was de avond waarop de aardse Van Basten was gestopt met voetballen, maar nu verder zou leven als San Marco. Iedereen in San Siro voelde dat, op deze vrijdagavond in Milaan.
Dit is een hoofdstuk uit Voetballiefde zonder Grenzen, hét boek over groundhoppen, geschreven door Hans Douw, de Groundhopper des Vaderlands, te bestellen in de Staantribune Webshop.