De meeste mensen zullen bij voetbalstad Madrid meteen aan Real Madrid denken. Niet zo gek, want de grootmacht heeft immers het vaakst de Europa Cup I of Champions League gewonnen en speelt in het historische Estadio Santiago Bernabéu. Met een wedstrijdticket voor Real Madrid op zak gingen Staantribune-volger Leon van der Boon en zijn vrienden dan ook naar de Spaanse hoofdstad voor een groundhoptrip. Madrid bleek veel meer dan alleen Real.
Na aankomst in het zonnige Madrid op vrijdagmiddag, gingen we met de metro op pad. Bij metrostation Portazgo stonden we meteen pal naast Estadio de Vallecas, de thuisbasis van Rayo Vallecano in de Madrileense volkswijk Vallecas, waar veel arbeiders en migranten wonen. Opvallend aan het stadion is dat achter een van de doelen geen zit- of staanplaatsen zijn, maar alleen een hoge betonnen muur. Achter die muur staan woonflats, waardoor tientallen supporters vanuit hun raam bij elke thuiswedstrijd de beste plekken bezetten.
Die zondag stond een thuiswedstrijd van Rayo Vallecano gepland. Vanuit Nederland was het voor ons niet mogelijk om tickets te bestellen, waardoor we ter plekke kaartjes moesten kopen. Hoewel de omgeving vrij levendig was, leek het stadion verlaten. De staat van de fanshop was tekenend. Per toeval ontdekten we één opening. Aan de achterkant van het stadion stond een deur niet op slot, waardoor we plotseling bij het heilige gras stonden. Hier waren echter wat stemmen te horen, waardoor onze illegale actie moest stoppen. Enkele minuten later liep de grasmeester dezelfde deur uit. Wij begroetten hem gelukkig buiten het stadion.
Met een mooi uitzicht konden we vervolgens genieten van enige Spaanse versnaperingen. Het was een bijzonder aanzicht dat er slechts een stoepje zat tussen het stadion en de vrij drukke verkeersweg. De levendigheid rondom het stadion viel op, met meerdere kleinschalige winkels, restaurantjes en cafés, waar veel mensen waren. De saamhorigheid en het collectivisme zijn groot in deze wijk.
De linkse symbolen en teksten waarmee de muren én het stadion zijn beklad, kenmerken de rauwe en unieke identiteit van een club binnen een arbeiderswijk. Een club die letterlijk en figuurlijk midden in de samenleving staat. De ingangspoorten en voormalige kaartverkoophokjes maakten het uitzicht compleet. Eigenlijk is het niet voor te stellen dat door deze verouderde, afbrokkelende ingangen nog zeer frequent mensen binnenkomen. Dat de huidig nummer 6 van La Liga hier zijn thuiswedstrijden speelt en zelfs recent FC Barcelona met 1-0 heeft verslagen, lijkt een illusie.
Vallecas FC
Het trainingscomplex van de jeugd van Rayo Vallecano ziet er juist modern en netjes uit. Tegenover dit complex zit nog een andere mooie ground, van een inmiddels opgeheven club: Vallecas CF, dat acteerde op het vierde niveau van Spanje.
Opvallend: het kunstgrasveld is als nieuw, maar alles daaromheen ernstig vervallen. Nadat we plotseling een groep zwervers, die deze ground als ideale verblijfplek zagen, tegen het lijf liepen, was het tijd om te vertrekken.
Op de terugweg gingen we toch nog even naar binnen bij Rayo Vallecano, maar helaas kregen we wederom nul op rekest wat betreft kaarten. De plaatselijke snooker-, schaak- en boksclub die onder de tribunes zijn gehuisvest, hadden ook geen ticketinformatie.
De volgende dag was het wél raak en zagen we een grote mensenmassa in de rij voor kaartjes. De wachttijd hiervoor leek ons zonde en we besloten – hoe vervelend dan ook – ons verlies te nemen, totdat we opeens werden aangesproken door iemand uit de rij, wat vreemd is in een onbekende stad. Het was een man die we die vrijdag tegen waren gekomen bij het stadion en mee aan de praat raakten. Het bleek een serieuze groundhopper te zijn uit Denemarken, die zelfs voorstelde om tickets voor ons te kopen. Een verrassende meevaller, waardoor de tocht langs verschillende stadion die dag vervolgd kon worden, mét tickets op zak tickets.
CDC Moscardó
De volgende club was het kleine CDC Moscardó, waar het in eerste instantie uitgestorven leek. Na wat gerommel bij de ingang werd onverwachts een deur opgetrokken. Een vriendelijke man onder de verfspetters stelde zich voor en was bereid om ons binnen te laten. Het bleek later de kersverse presidente van de club te zijn, met hoge ambities en tevens voormalig profvoetballer van Sporting Gijón.
Hij liet ons vanaf de spelerstunnel vrij rondlopen. Estadio Román Valero kan een paar duizend toeschouwers kwijt, verdeeld over authentieke tribunes en een nieuwe overdekte tribune aan een lange zijde. In de bestuurskamer kwamen de plannen voor de club ter sprake. Gezien de stand in groep 7 van de Tercera División RFEF, waarin Atlético Madrid B bovenaan staat, is er nog genoeg werk aan de winkel.
CD Leganés
De volgende stop was het nabij gelegen Estadio Municipal de Butarque van CD Leganés. Vanaf de buitenkant een modern stadion, dat met torenhoge muren rond het stadion goed was afgesloten voor pottenkijkers. Gelukkig was er een jeugdwedstrijd naast het stadion bezig, waardoor er wel wat reuring was. In een nogal knus en ouderwets kleine kantine, direct aan het stadion gelegen, was het net een kippenhok.
De barvrouw viel bijna van haar stokje van alle stress, maar wist ons in allerijl te verrassen met heerlijke Spaanse hapjes. Ook hier hadden we niet het idee bij een club te zijn die tot 2021 al vier seizoenen achter elkaar Lionel Messi had ontvangen. Als laatste wapenfeit deden we nog één ronde om het stadion, in de hoop er toch een glimp van op te vangen. Het toeval wilde dat Leganés die dag een avondthuiswedstrijd had. Verschillende technici waren daarom bezig met bedradingen voor de televisie-uitzending. waardoor ook hier een deurtje openstond.
Stoïcijns liepen we het stadion in, met het vermoeden snel tegengehouden te worden. Dat gebeurde niet, en zo hadden ineens twee personen vrij spel op de tribunes van Leganés. Aan slechts één lange zijde waren de tribunes overdekt. Hierdoor hadden we een mooi uitzicht, net boven de tribune aan de korte zijde, op de stad met zijn bergachtige landschap.
Getafe
Zo’n vijf kilometer hiervandaan staat Coliseum Alfonso Pérez, waar Getafe CF zijn thuiswedstrijden speelt. Deze club, die we nog goed kennen van het treffen met Ajax, was duidelijk voorbereid om zo min mogelijk te laten zien. Her en der konden we enkel een glimp opvangen door kleine kiertjes tussen het beton en de hoge graffiti-golfplaten.
Ook bij het verderop gelegen trainingscomplex van Getafe ontzegden beveiligers ons de toegang. Dat weerhield ons er niet van toch een rondje te lopen. Het beeld van het moderne complex op de voorgrond en daarachter de snelweg en het stadion, ‘ingepakt’ met golfplaten op een soort heuvel, gaf een leuk uitzicht.
De fanshop was wel open en enigszins geschokt van onze komst werd de deur geopend. Die dag waren wij de eerste bezoekers (het was inmiddels 15.00 uur geweest) en ook hoogstwaarschijnlijk meteen de laatste. Met het conversiepercentage was die dag overigens niks mis.
Real Madrid
En toen stond de avondwedstrijd van Real Madrid nog op het programma. Voorafgaand aan de wedstrijd konden we nog net wat sfeer proeven. Vanuit een naastgelegen café in een levendig centrum, maakte het immense stadion indruk. Werkzaamheden waren nog in volle gang, waardoor het soms wat penibele situaties op bijna vijftig meter hoogte gaf. Je moet beslist geen hoogtevrees hebben, wil je op de bovenste ring zitten. De wedstrijd zelf werd van heel goed voetbal voorzien, wat mede tot het gevolg had dat landgenoot Jasper Cillessen vier keer moest vissen.
Met een uitblinkende Vinicius en jubilerende Benzema (driehonderdste doelpunt voor De Koninklijke) werd het uiteindelijk 4-1. Tijdens de wedstrijd was de sfeer vrij rustig. Slechts aan één korte zijde een groepje fanatieke supporters, volledig in het wit gekleed, de beruchte en extreemrechtse Ultras Sur. Op een stadion dat plaats biedt aan zo’n 81.000 mensen, vormt dat groepje één procent van de capaciteit. Verder was het stadion veelal gevuld met toeristen, dat een vast onderdeel lijkt te zijn van de thuiswedstrijden, gezien de vele ingezette toeristische hulptroepen.
Voor elk wissewasje kan een vriendelijke dame met een vlag je verder helpen. Na de wedstrijden hielpen we onszelf in een gezellig Real-barretje wel verder. Geen harde kern, laat staan hooligans, te bekennen. Allemaal keurige mensen die, net als wij, een uitstekende wedstrijd hadden gezien. Een uur na de wedstrijd waren er uitsluitend bouwvakkers te vinden, want ook op wedstrijddagen moet de renovatie van het stadion doorgaan.
Atlético Madrid
De volgende dag in alle vroegte met croissants de metro in om tijdens de groundhoptrip niet Atlético Madrid te vergeten. Estadio Wanda Metropolitano oogde meteen als een prototype stadion voor elke Europese topclub vandaag de dag. Commercieel ingesteld, strak georganiseerd, modern ingericht en oog voor de veiligheid. Een stadion met klasse, dat merk je meteen. Een groepje met ouderwetse voetballiefhebbers zullen zich in de cafés rondom het stadion niet helemaal thuis voelen.
Een grote ruimte met een bar, en vooral een tap, is voor de meesten voldoende, maar bij Atlético lijkt het meer op een chique restaurant dat in aanmerking wil komen voor een Michelinster. Tijdens een stadiontour werden de luxe en het comfort nog duidelijker. Erg gaaf om eens gezien te hebben, maar voor een rasechte voetbalfan gaat er niets boven authentiek stadions, al zijn die steeds minder vaak te vinden.
Rayo Vallecano
Dat authentieke stadion, met bespeler op hetzelfde niveau als Atlético, werd onze laatste halte. Inmiddels werd de tijd onze vijand en hadden we nog geen ticket gezien. Die zou onze vriendelijke Deen (liefkozend ‘De Hopper’) moeten hebben. Eenmaal aangekomen bij Rayo wisten we ons te bewapenen met halve liters, om deze vervolgens snel open te maken voor De Hopper. Toch best bijzonder dat een onbekende Deen met tickets voor je klaarstaat. We hadden nog niets voorgeschoten, dus overhandigden ter plekke het geld. We kregen er twee fysieke tickets voor terug, een leuker aandenken dat de e-tickets van tegenwoordig.
De Hopper was een echte kenner. Al was hij nog niet eerder bij Rayo geweest, hij wist ook hier heel wat over te vertellen. Zo nam hij ons mee naar een soort ‘pleintje’ met wat ouderwetse barretjes, waar de ultras van Rayo zich voor de wedstrijd altijd verzamelen. De bukaneros waren vocaal, met bijval van de trom, zeer aanwezig. Wat verder opviel, waren de sterk politiek getinte vaandels, vlaggen en spandoeken, naast een constante rode wolk vanwege de vele rookbommen.
Voetbal & politiek
Wie denkt dat politiek en voetbal gescheiden zijn, vindt bij Rayo het tegenovergestelde. Op verschillende plekken was de rode vlag van de Spaanse antifascisten te zien: “Euskal herria antifascista’’. De Rayo-fans en de Sare Antifaxista zijn één. Naast voetbal lijkt het uiten van een geluid tegen fascisme, racisme en nationalisme minstens zo belangrijk. Het mag dan ook geen verrassing zijn dat het verzet tegen dictator Francisco Franco nergens zó groot was als in Vallecas.
De grootste groep supporters stond achter een uitgestrekt spandoek, waarop een afbeelding van de marxistische revolutionair Che Guevara te zien was. Een handjevol fans er juist vóór om de boel te ‘dirigeren’, waarbij een persoon zijn stembanden lichtelijk kon sparen met behulp van een megafoon. Traditie is dat de groep een paar minuten voor de wedstrijd met z’n allen tegelijk, achter het levensgrote spandoek, het stadion binnentreedt.
Ultras
Het was verstandiger om dat laatste tafereel te skippen. De Hopper had ons al wel gewezen op het feit dat ultras niet heel happig zijn op groundhoppers. Het was echter onmogelijk om deze ervaring niet vast te leggen. Totdat vanuit de groep fans ineens iemand doelbewust op ons afkwam. We bereidden ons al voor op het ergste. Ons gedrag zouden ze waarschijnlijk niet waarderen. Dat klopte ook, maar de boodschap werd opvallend vriendelijk gebracht.
Ze houden niet zo van groundhoppers en camera’s en willen, als je dan toch al kaartjes hebt, dat je maar gewoon het stadion ingaat. Als we dat zouden doen, was er verder niks aan de hand en werd ons een fijne wedstrijd gewenst. Deze toch wel brute boodschap werd op een of andere manier verpakt in Spaanse beleefdheid. We volgden deze instructies maar gewoon op. Uiteindelijk niet vanwege de charmante toon, maar omdat we het vanuit veiligheidsoverwegingen de beste keuze vonden.
Dan moest de wedstrijd tussen de nummer 3 en 6 van La Liga nog beginnen. De ultras van Rayo hadden zich inmiddels ook al verzameld, achter het doel aan de enige zijde zonder dak en extra ring(en). Dit was ook de kant waar de beide spelerstunnels (teams komen ‘gescheiden’ het veld op) zijn gevestigd, die dus pal onder de supportersgroep het veld opliepen. Nadat alle spelers eruit waren gekomen, werd de kleine overkapping weer teruggeschoven.
Wederzijds respect
De fans stonden op nog geen twee meter afstand en hielpen zelfs de overkapping in- en uit te schuiven, zodat ook de spelers van Real Betis veilig de kleedkamers op konden zoeken. Waar deze procedure bij veel clubs voor zeer onveilige situaties kan zorgen, was dit bij Rayo totaal niet aan de orde. Ook op de tribunes was wederzijds respect toen een Real Betis-fan in een thuisvak stond te juichen bij de 0-1.
De wedstrijd (uitslag: 1-1) was spannend. Rayo speelde opportunistisch, terwijl Real Betis met basisspelers als Hector Bellerín, William Carvalho en Nabil Fekir op papier kwalitatief gezien beter was. Bij Rayo stond slechts één bekende naam op het wedstrijdformulier: Radamel Falcao. De oud-speler van onder meer stadsgenoot Atlético Madrrid stond met rugnummer 3 in de spits.
De Colombiaan in het Rayo-shirt is best verrassend voor een club met een minimale begroting. De Spaanse spelersvakbond rapporteerde recent nog over erbarmelijke omstandigheden bij het vrouwenteam. Zo heeft het team geen medische staf, waardoor speelsters worden behandeld door de medische staf van de tegenstander. Voor wie denkt dat dit gaat over een amateurtak heeft het mis. De dames van Rayo spelen in dezelfde competitie als Lieke Martens.
In de hoogste vrouwencompetitie van Spanje staat het stijf onderaan, tot groot ongenoegen van de fans. Een diehard Rayo-fan die we spraken in zijn stamkroeg nabij het stadion, was woedend over de bestuursbeslissingen. Het geld gaat naar de mannen van Rayo, terwijl de vrouwenafdeling wordt verwaarloosd. Dat staat haaks op waar de club al jaren voor staat. Het binnenhalen van Falcao viel daardoor ook niet heel goed, getuige het verstoren van zijn presentatie.
Links-rechts
Het bestuur stond er al niet goed voor nadat twee politici van de extreemrechtse partij Vox tijdens een thuiswedstrijd eregasten waren. Als ludieke actie ‘desinfecteerden’ de fans het stadion. Hierdoor heeft het bestuur een nogal onbehoorlijke, rechtse reputatie gekregen. Iets wat voor Rayo écht niet door de beugel kan. Ondanks de sportieve topprestaties in La Liga verlangen de fans daarom het aftreden van het huidige bestuur. Dat de clubleiding er zó slecht voorstond was ondenkbaar, gezoen de stand én de sportieve (net gepromoveerd, via play-offs) en financiële (kleine begroting) geschiedenis van Rayo Vallecano.
Helaas moest vanwege onze vlucht naar Amsterdam een einde komen aan de gesprekken in het Rayo-café. Eenmaal in het vliegtuig kwam pas het besef wat we in een tijdsperiode van drie dagen hadden meegemaakt.
Madrid heeft voor groundhoppers veel te bieden. Dat is zeker niet alleen vanwege het feit dat er twee Europese topclubs op slechts zes kilometer afstand van elkaar te bezoeken zijn. Het zijn juist de kleinere clubs en grounds die de meeste indruk maken. Kijk daarom tijdens je groundhop in Madrid verder dan Real en Atlético!
Heb jij ook een leuke groundhoptrip gemaakt? Stuur jouw verhaal (plus foto’s) dan naar info@staantribune.nl. De leukste artikelen worden op de website geplaatst.