De laatste buscombi’s lijken alweer een eeuwigheid geleden. Een vrijwillige schoolreis met het vooruitzicht op een bezichtiging van een bouwwerk, waar lichamelijke oefening en geestelijk welzijn een balans zoeken.
Jarenlang hadden we Toon als vaste buschauffeur, hij reed ons met veel plezier naar alle stadions van Nederland. De reis werd muzikaal omlijst door Toons cassettebandjes, die hij exclusief voor ons bewaarde. Op de terugweg zong hij graag ‘You’’ll never walk alone‘ door zijn microfoon, waarna supporter Jan een fles rum liet rondgaan. Niks mis met buscombi’s, zoals je begrijpt.
Inmiddels is Toon met pensioen en hebben respectievelijk Rinus en Piet ons rondgereden door Nederland. Piets vuurdoop was de uitwedstrijd naar Heerenveen toen we net gepromoveerd waren. Hij startte de motor, pakte de microfoon en sprak de magische woorden: “Ik ben Piet en ik hoop dat jullie winnen.”
We wonnen.
Dordrecht-bingo
Dat we een keer ooit via België moesten omrijden omdat hij een afslag had gemist, werd hem daarom ook vergeven, Piet blijft dankzij Heerenveen uit onaantastbaar. Ongeacht de uitslag krijgen de supporters nog een extra kans op winst door mee te doen aan de bingo waarbij je FC Dordrecht-merchandise kunt winnen (voorlopige score: drie balpennen, twee vaantjes, een baseballcap en een lunchtrommel) of de hoofdprijs: de volgende uitwedstrijd.
Wanneer het eiland van Dordrecht nadert, sluit Jan – geïnspireerd door de wedstrijd en een beetje door de fles rum die hij eerder liet rondgaan – de avond af met een speech. Misschien mis ik dat nog het meest, de zalvende woorden van onze president van de Republiek Dordrecht, zoals wij hem liefkozend noemen. “Beste supporters van dé FC Dordrecht….”
Daarna volgen adviezen die ons door het leven trekken. Dat je je niet moeten laten piepelen. De uitslag niet altijd rechtvaardig is, net als een beslissing van de arbitrage, maar dat het je ook de motivatie geeft om door te gaan. Er zijn huilers, jankerds en piepers maar daar is in onze Republiek Dordrecht geen plaats voor. Wij zullen blijven vechten voor de punten!
Wanneer we de brug oprijden, zingen we gezamenlijk “Lalalalala Tempel der Beschaving” en kijken we elkaar tevreden aan. We hebben weer zin in de volgende wedstrijd.
Was Jan echt onze president, dan was menig virus met de staart tussen de benen vertrokken, stroomde er rum uit de kraan en werd FC Dordrecht elk seizoen kampioen. Tot die tijd moeten we het doen met mindere bestuurders. Nou ja, met uitzondering van Piet en Rinus dan.