Net voordat de coronacrisis uitbrak, vloog Staantribune naar Buenos Aires. Na een aantal wedstrijden op het hoogste niveau was het tijd om de diepte in te gaan. Berazategui tegen Argentino de Merlo in de vierde divisie leek ons wel wat.
Helaas kwamen we niet binnen. De kaartverkoop was drie uur voor de wedstrijd gestopt, dus stonden we voor een gesloten deur te koekeloeren. Een poging om bij de barra brava naar binnen te lopen, werd verhinderd door oom agent. Gelukkig hielp een andere agent ons wel en loodste ons het uitvak in. Daar werden we vreemd aangekeken door wat ongure types, maar na vijf minuten was het ongemak weg en waren we opgenomen in de Argentino de Merlo-familie. Uitsupporters zijn zelden toegelaten, dus het was genieten om daar tussen te staan.
Het uitvak had veel weg van een concentratiekamp. Ondanks dat er maar een mannetje of vijfhonderd was, hadden we over de support niet te klagen. De Berazategui-aanhang liet zich negentig minuten horen. Gecombineerd met de oranje spandoeken en vlaggen was het allemaal heel mooi om te zien. De grote clubs zijn heel tof om te bezoeken, maar dit was ook heel bijzonder. De lagere divisies zijn in Buenos Aires ook meer dan de moeite waard.
Meer over Berazategui en andere clubs in de hoofdstad van Argentinië in ons boek Voetbalstad Buenos Aires Deel 1, dat aanstaande zaterdag (17 juni) opnieuw verschijnt tijdens de Staantribune Argentinië Dag. Je kunt het boek alléén pre-orderen in de Staantribune Webshop en zónder verzendkosten tot en met Vaderdag (18 juni)!